13 augustus 2007

1 - 0 voor Sana

Ik was vroeger zo'n meisje wat altijd in discussie ging over het nut van een bepaald vak. Alé, liever een potje discussiëren dan een lesje zelfstandig werken of luisteren naar nutteloze informatie. Met name de docenten wiskunde, natuurkunde en geschiedenis hadden het zwaar te verduren. Zeker toen ik duidelijk had dat mijn volgende studie voornamelijk ging over therapie, sport, schizofrenie, depressie en andere interessante geesteziekten vond ik het helemaal klinklare onzin om een vergelijking als X2 * -3Y = Y2 * 3(x-1) op te kunnen lossen. Onzin. Zonde van mijn kostbare hersencellen.

Toch bleek ook de volgende studie vakken te bevatten die ik als niet zo belangrijk achtte. Anatomie, fysiologie... Wat kon mij het nou schelen dat de langste spier in het lichaam de musculus sartorius was en dat de rugspier eigenlijk de lattisimus dorsi heette. Ik vond het zinloos en wist ook zeker dat de depressieveling of de schizofreen die ik later te behandelen kreeg heus niet geïnteresseerd was in de Latijnse benaming van zijn eigen onderdelen.

Vrijdagavond ontdekte ik ein-de-lijk het nut van de voorheen zinloos geachte kennis. Een één of andere stoere patser in de kroeg legde zijn vieze, gore, dikke worstenvingertjes in mijn nek en zei met een grijns "Trapezius". Demonstratief pakte ik zijn handen en gooide ze de ruimte in. Ik vond 'm sowieso al irritant want hij stond constant op hooguit 5 centimeter afstand en probeerde zijn woorden meer in mijn mond dan in mijn oor te schreeuwen. Hij doelde duidelijk op een likpartij. Ik doelde vooral op het ontwijken daarvan.

Nadat hij ook een poging had gewaagd om de lattisimus dorsi en mijn zo geliefde sartorius aan te raken daagde hij me uit door te vragen naar mijn spina iliaca anterior superior. Toen was ik er klaar mee. Althans, klaar met hém. Ik schoot ietwat overdreven in de lach en zei smalend: "Haha, ja, ik weet zeker dat jij die bij jezelf wel weet te zitten. En ik weet die ook prima bij mezelf te vinden, dat hoef jij heus niet aan te wijzen." Oh. Een zichtbare teleurstelling. Jammerdebammer.

En dan heeft ie nog mazzel gehad, denk ik. Als vriendinnetje C. erbij was geweest, had ze hem eventjes fijntjes in zijn fallus geknepen.

Snel droop 'ie af om biertjes te gaan halen.
Prima copingsmechanisme, zet 't maar op een zuipen.
Voorlopig zijn en blijven al mijn spieren van mij. Sukkel.



Geen opmerkingen: