29 april 2008

Sana las een boek en maakte een fout(je)

Uit: In my skin, by Kate Holden

"I just stared at the immaculate skin in the crook of my arm, and thought: in a minute I'll have taken heroin.

The metal approaced my flesh; there was a sharp sting, the ridge of the needle under the skin, the sucking pressure of blood drawn out, and fluid pressed steadily in. James released my arm and I licked the tiny spot of blood."


En ik dacht: Wat een kutboek.
Je kunt helemaal niet met je tong je elleboog aanraken.
Tssss. Dat weet toch iedereen?

Maar.
Nu ik dit schrijf:
(en het dus toch nog even stiekem probeerde)

Wat een sufmuts ben ik.
Dat geldt alleen voor de buitenkant van je elleboog.
En dus niet voor dat plekje in the crook of your arm.

Wij Nederlanders moeten daar maar eens een mooi woord voor vinden. En ik moet maar eens flink uitslapen morgenochtend.




27 april 2008

Sana doet 't voor 59 cent

Zij riep Ik heb zin in chocola!. Ik vraag dan meestal -in de veronderstelling dat we dat niét hebben- eerst of we dat in huis hebben. Doorgaans weet ik namelijk niets van de aanwezigheid van chocola. Lekker veilig en des te groter is de verrassing als zij dan eens 'ja' zegt.

Helaasch sprak zij vandaag van neen. Vervolgens riep zij nogmaals dat ze zo'n zin had in chocola. Ik riep van chocolademelk? en van cracker met hagelslag?, maar het hielp niet. Ze wilde heuse chocola. Geen slap vloeibaar aftreksel, of versnipperde chocola (en dan ook nog eens die gore kwinkslag, in plaats van lekkere pure) op een crackertje.

Ze wilde echte brokken chocola.
En ik inmiddels ook.

Ineens had ik een helder moment.

In december hadden wij elk een Adventskalender. Niet omdat we nu zo van het geloof zijn, maar vooral omdat er chocolade in zit en je elke (ja, E L K E ) dag een vakje open mag maken en dus legaal chocolade mag eten. Ik zeg Hiephoi. Dat scheelt 'n hoop depressies. Eén december werd spontaan een feestdag - want chocola.

Toen werd het eind december. Er waren nog maar enkele vakjes dicht en ik stond te balen. Pasen (ook zo'n chocoladefeest) was nog ver weg - en daarmee dus ook mijn dagelijkse portie chocola. Gelukkig was daar de Wibra. Er lag nog een stapel van die kalenders voor negenvijftig cent (nee, niet die hele stapel, maar per stuk). Ik dacht hebben! en kocht er dus één (had er beter 12 mee kunnen nemen, 7.08 euro voor een jaar chocola).

De kalender verdween de kast in en ik dacht er nooit meer aan ik zag hem elke keer en dacht Zou ik?. Toch deed ik het niet. Ik beheerste me. (Dat beheersen ging overigens makkelijker toen de kalender nog helemaal vol was én in plastic verpakt zat. Nu er al 8 vakjes open zijn, is het een ander verhaal. Beheersen voor gevorderden, zeg maar.)

Maar goed. U heeft het allang door, dus ik zal het niet spannender maken dan dat het niet is: Wij aten gister voor een week chocola. Ben benieuwd hoe lang deze maand gaat duren.

Sana knutselt zich de zondag door

De zon deed niet helemaal wat 'ie beloofde.
Dat wat hoge prioriteit had qua opleiding stelde ik nog even uit -dat uitstellen werkt immers al jáááren prima- en tussen de bedrijven door draaide ik twee wasjes. Alle tijd dus om de kralendozen uit de kast te trekken en mijn vingers te laten wapperen priegelen.

And the results...



Toen ik klaar was, zag ik nog een oude ketting. Daar knutselde ik nog snel een nieuwe armband van. Ben benieuwd hoe lang alle knoopjes het houden.


Sana beleefde een wilde nacht

Ik droomde dat ik tijdens een informaticales op de middelbare school halverwege het uur het lokaal uitliep en ergens in het park ging wandelen. Ik snapte het niet, kon me niet concentreren en werd gek van alle mensen om me heen. Toen ik aan het eind van het uur terugkwam, was iedereen boos. Er waren mensen van de spoorwegpolitie (want men was bang dat ik richting de trein was gegaan), er waren mensen van de Riagg en de schooldirecteur ijsbeerde woest heen en weer.

Vervolgens was ik samen met mn huisgenootje bij een mooi blauw meertje hard aan het werk: onkruid aan het wieden. Ik had de hark nodig, dus vroeg deze. I. antwoordde echter dat Sophie die had geleend. Ik draaide me om en ging richting de heuvel achter het meertje om de hark terug te vragen. Daar kwam echter Sophie Hilbrand -achtervolgd door Katja Schuurman- de berg afgesnowboard waarbij ze de hark als skistok gebruikte. Ze trok zich niets van mij aan en racete me joelend voorbij.

Na dit avontuur was ik ineens op het strand. Samen met wat bezorgde moeders stond ik over de wilde zee uit te kijken. Ik zag een jongetje onder water verdwijnen en niet meer boven komen. Niemand deed iets, en dus rende ik de zee in. Inmiddels was het jong zo'n 75 meter verder en de golven enorm. Het waren van die wasmachine golven: Als je er niet onderdoor duikt, maar je mee laat slepen, dan voel je je precies zoals dat bonte wasje wat je net in de wasmachine hebt gestopt. Niet handig als je iemand moet redden.

Ik zag 'm drijven en dacht Hm, die's dood. Maar wel zo netjes om hem even uit het water te vissen, zal z'n moeder wel blij mee zijn. Gelukkig begon hij toch weer te ademen en kon onze terugtocht beginnen. Ik vertelde het plan en hij sputterde tegen. Ik zei dat het zo moést, en dat 'ie me maar moest vertrouwen. Bij elke golf dook ik onder, trok hem zo dicht mogelijk tegen mij aan en nam hem weer naar boven. Adem happen, en weer onderduiken.

Ik droeg hem heel baywatch-alike uit het water. Twee mensen klapten en daarna werd het stil. Ik gaf hem over aan zijn moeder en dat was dat. Geen staande ovatie, geen dankjewel of applaus. Men ging snel weer over tot de orde van de dag.

Zo ook ik.

Want oh,
wat was ik blij
toen ik wakker werd
en de zon scheen.

25 april 2008

Sana WOWt mee

WOW
Schrijf a.d.h.v. een thema een stukje van 250 woorden.


on·der·zoe·ken
1 proberen om iets beter te leren kennen, om er een beter inzicht in te krijgen






Volgen

Al bijna anderhalf jaar probeer ik op alle mogelijke manieren uit te vinden wat en hoe zijn manier van tegen naar de wereld kijken is. Thom is vijf, hartstikke autistisch en hartstikke lief. Samen onderzoeken we de wereld.

Als hij weer eens met z'n handen staat te fladderen en gebiologeerd naar buiten staart, ga ik er meewapperend naast staan en probeer in mijn blik hetzelfde te vangen. Als hij met een angstvallige blik kijkt naar de waterspetterende kinderen in het zwembad, probeer ik naast hem te gaan staan om samen de angst te lijf te gaan. Als hij dan voorzichtig ook met wat water spettert om te kijken of hij dat spannende, oncontroleerbare water te pakken kan krijgen, spuug ik het water in een boogje naar hem terug. Water is kan leuk zijn, zolang je maar rustig aan doet en eerst heeeeeeel goed en zorgvuldig de boel observeert. Controle is het toverwoord.

Stapje voor stapje dichterbij zijn wereld. Forceren heeft geen zin. Het enige wat werkt is het begrijpen. Proberen te begrijpen waarom harde geluiden eng zijn, onderzoeken waarom anders dan anders zo ontzettend beangstigend is.

Ik kijk naar hem, hij kijkt naar mij. Ik denk te weten hoe het hoort, het leven, en doe het voor. Hij vertrouwt erop dat ik het weet, en doet me na. Samen ontdekken, samen onderzoeken hoe het werkt. Het lijkt alsof ik bepaal. We geloven er beiden in. Toch is en blijft hij degenen die mij laat voelen of hij er wel of niet klaar voor is. Klaar voor de wereld, en klaar voor de volgende stap.

Ik volg hem.
En daardoor volgt hij mij.

Sana & de uiterlijkheden

Ik fietste in meest opgepimpte modus richting station. Een jongen in een auto floot. Mijn hoofd deed wat 'ie altijd doet op zulke momenten. Alle mannen zijn stom en maar uit op één ding en als je maar blond bent en benen hebt is het al oké. Doorgaans word ik daar niet blij van. Een beetje tegengas doet wonderen en prompt zette ik mijn mantra in. Laat gáááan. Ze fluiten naar je, dat betekent dat je er goed genoeg uit ziet om naar te fluiten. Com-pli-ment. Be happy. Werkt meestal goed.

Maar toen.

Ik liep in mijn kikkergroene trainingsbroek met een blauw shirtje en een bruin vestje en een witte haarband en een suf staartje (en... nou ja, en nog veel meer wat het totaalplaatje heel onsexy maakt) heel hard naar het station. Ik deed een laffe poging om te trainen voor die achterlijke enorm leuke duurloop (die ik vanmiddag in een prrrrrrima tijd heb gelopen). Anyway, ik liep richting station en zag er niet bepaald verfijntjes en vrouwelijk uit. Toch ging er een raampje open en werd er gefloten. En hij riep ook nog heel stoer Weet je nog, van 't weekend? Zijn stoere vriendjes lachten. Hm. Hate them.

De volgende ochtend deed ik wederom een poging om onbefloten m'n ding te doen. Ik trok de skates aan, plus een terrible kledingcombi, vergat de make-up en zette tot overmaat van ramp mijn bril op. Het was zelfs zo dramatisch dat ik niet eens meer weet hoe mn haar zat. Hoogstwaarschijnlijk in een flubberstaartje. (Ik weet ook niet wat dat is, maar het klinkt lekker armoedig.)


*fiewtfiew*

Grrrrrrrrrom.
(Oftewel: er werd gefloten. Toch. Ondanks. Dus...)


Conclusie: Het maakt geen hol uit wat ik al dan niet aantrek, hoe m'n haar zit en of ik nou met mascara of zonder mascara buiten ben. Ook de activiteit maakt geen reet billen uit, of ik nou ga skaten, hardlopen of heel bevallig op mijn fiets naar het statoin pedaleer.

En toch hè... toch vraag ik me nu al weer af wat ik morgen aan moet. Er zal worden gezwommen, getaichid en gepicknickd. Dat kennie in één kloffie. Maar voor wie doe ik het eigenlijk? Voor het in stand houden van onze soort maakt het kennelijk niet uit.
Morgen gewoon maar mn hardloopschoenen onder mn skinnyjeans met mn bloemenjurkje. Net als op dat heerlijke meidenweekendje van laatst. Het voetbalde wel érg lekker.


24 april 2008

Sana weet raad

E: 'Uhm San, iemand doet me oneerbare voorstellen
via MSN. Out of nothing...'

S: 'Gewoon een heel raar voorstel terugsturen;
of ie dan wel eerst spinazie voor je kookt,
voordat 'ie je op z'n 53e mee vraagt naar de opera.'

Sana wil het lekker niet (en zag wél een ree, want dat wilde ze wél heel graag)

We staan daar. En we staan daar goed. Zijn rustig tot aan de voet van de Himalaya het hoogste duin gefietst, hebben de fietsen geparkeerd en sjokten rustig richting de top.

Een avondtochtje door de duinen, zoekend naar konijntjes, reeën en
–niet onbelangrijk- de nachtegaal. Uitkijken vanaf het hoogste duin.. Een heldere dag, want zowel Scheveningen als Zandvoort is zichtbaar. Dan heuvelaf. Voorzichtig, rustig aan. De berg heuvel is steil en onze knieën heilig.

Twee joggers heusche atleten rennen ons tegemoet. Tjop, tjop, tjop (want zo klinkt dat) ... supersnel vliegen ze omhoog. Van verbazing -en respect- valt mijn mond open... en ik staar ze even na.
Wat een power. Zo fanatiek, zo krachtig. Bijna jaloers.


Poeh, zeg ik vol bewondering,
die willen wel héél erg graag.
Dat kan ik niet, hoor.

Tja,
zegt M., dat moet ook wel,
dat soort dingen moet je heel graag willen.
En dat is gewoon het verschil.

Wij kunnen dat ook wel.
We willen het gewoon niet graag genoeg.

Geeft niks.

23 april 2008

Sana ziet 't wél




Sana's nieuwe foon neemt 't gewoon even op

Voor F.,
gewoon,
omdat ik weet
hoe graag
je erbij
had
moeten
willen zijn.

En ook
-of nou ja eigenlijk vooral-
maar ssssttt
omdat ik jou
zo miste
daar.





(Wel even de volumeknop op maximaal.
Ik heb het lief gevraagd, maar hij wilde
niet nóg harder voor je zingen.)

20 april 2008

Sana is apetrots

Het duurde effe. En ik twijfelde maar 6837 keer of ik dit wel door moest zetten. Het was niet niks, immers. Maar dingen die moeten die kun je wel even uitstellen, maar ooit moet het toch. Morgen moet het gepresenteerd worden. Dus nou ja. Het was weer een gevalletje vlak-voor-de-deadline. Sommige karaktereigenschappen zijn nu eenmaal hardnekkig.

Ik zeg Lekker Belangrijk.
Het is af en ik ben apetrots.


Dus KLIK.


19 april 2008

Sana is een plant

Ik dacht dat ik wel goed lag in de groep. Oké, natuurlijk ben ook ik soms een onmogelijk wezen; te dominant, te passief, te perfectionistisch of te duidelijk aanwezig. Maar dat is soms. Meestal functioneer ik -dacht ik- hartstike prima. Ons werd gevraagd om even de Belbintest in te vullen, om te kijken wie welke rol in het groepsproces inneemt.

En ik?
Ik ben een plant.
Holadiejee.

Het deed mij denken aan een passief, achteroverleunend typje die zich af en toe laat bedienen van wat water en zonnestralen. Een consumerend kasplantje.. zoiets.
No way natuurlijk dat ik de uitslag van die test zou doormailen naar supervisor en medesupervisanten. Kom nou! Ik heb een (blijkbaar schijn-)imago hoog te houden.

Op het laatste moment nog even gechecked wat het eigenlijk inhoudt, zo'n rol van een plant. Had ik gelijk moeten doen. Leve mijn irreële vooroordelen, want hiephoi! Ik ben een Plant.

7 april 2008

Sana hervindt haar evenwicht

Karin schreef iets over een weegschaal en over hoe altijd alles in beweging is. Over hoe alles wat met menszijn te maken heeft, streeft naar een evenwicht, een gelijkenis... oftewel; naar verbinding. Verbinding met jezelf en via die verbinding op zoek naar verbinding met de Ander. Enzo.

Door te reageren op haar website sprong ik even heel impulsief buiten mijn vastgeroeste hokjes vol ongeschreven irreëele veiligheidsregels. Ik durfde. Eventjes. En maakte vervolgens een prachtige uitglijder door mijn gedachten te geloven. Ze reageert niet. Ze vindt het vast stom en slecht. En terecht.

Dan ineens toch een berichtje. Na zes keer knipperen lees ik pas echt wat er staat: '... want eigenlijk verdient het wel een postje op je eigen stekkie.'

Huh? Oh.... Ja maar.. huh?!?!?!? Oh...
Dus.....

Soms heb ik -en wie niet?- een beetje hulp nodig om weer overeind te krabbelen van mijn gladde ijs ;-) .





menszijn is verbinding
wij bestaan
in en door de ander
door de waarde
die we gezamenlijk
hebben vastgelegd

en als je durft
-en jij durft-
eventjes
buiten de hokjes
glad ijs
meestal zwieren
soms een uitglijder

toch (meestal)
rap overeind en door
op zoek naar nieuw evenwicht
op dat oh zo gladde ijs

6 april 2008

Sana schrikt er toch een beetje van

Ik weet het, ik heb bij eerdere modetrends heel hard geroepen dat ik ze nóóit zou gaan volgen. Toch loop ook ik inmiddels fris en fruitig rond in skinnyjeans, leggings en bloemenjurkjes. Maar... ik denk dat ik het dit keer echt echt echt zeker weet:

DIT nooit!!


Getsie.

Sana kiest toch een boterhammetje

Ik zit met Thom (5 jr.) op de fiets. We hebben een uurtje gezwommen, zijn even langs de bieb geweest en koersen nu richting huis. Mijn maag rommelt en ik zeg hem dat ik trek heb in een boterhammetje. Thom zegt dat 'ie ook wel een beetje honger in zijn buik heeft en vraagt me hoe laat het is.

'Het is twaalf uur, jongen.'
'Twaalf uur... Hm..... dat is een mooi uurtje om chippies te eten,
vind je ook niet, Sana?'

5 april 2008

Sana's tip van de dag

Voor ieder die -net als wij-
heel verwoed hebben gelikt
en gemopperd over de
kut slechte kwaliteit
om uiteindelijk
de boel maar
vast te plakken
met koelkastmagneetjes:

Het zijn stickers.
Dus...

4 april 2008

Sana en F. zijn ook gewoon poepende wezens

Sms-reeks van Sana en F.:

Heerlijk om je zoveel te spreken en dageljkse shitpoep en plas te delen. Tot woensdag!!

Lekker he? Mijn poep is trouwens wel zwart en hard, erg lastig. Plassen gaat wel heel goed, vooral ‘sochtends. Sterke, welriekende geur! Knuffel!

Ik heb vlak voordat ik wegging nog even flink gedumpt. Heerlijk. Plassen gaat prima. Vooral na het drinken van koffie. Zo leuk dat het dan ook naar koffie ruikt. –xxx-PS: Leuk logje wordt dit.

Dat is niets vergeleken bij de geur van mijn avondscheten, vraag maar aan Thijs. En dan lekker wapperen met het dekbed.



En toen smste ik Thijs.
Die reageerde niet eens.
Flauwerik.